welzijn & zorg

Eerste telling dak- en thuisloosheid in Vlaanderen

19.547 mensen hebben geen vaste woonst

Voor het eerst biedt een studie een wetenschappelijk onderbouwde inschatting van het totaal aantal dak- en thuislozen: 19.547 mensen in Vlaanderen hebben geen vaste woonst. Dat cijfer is het resultaat van de extrapolatie van verschillende metingen naar het aantal dak- en thuislozen tussen 2020 en 2022. Uit de cijfers blijkt onder meer dat de groep dak- en thuislozen veel verschillende onderverdelingen kent, en dat een kwart onder hen minderjarig is. 

Het aanpakken van dak- en thuisloosheid, een van de meest schrijnende vormen van sociale uitsluiting, is een van de prioriteiten op vlak van armoedebestrijding. Tot voor kort ontbrak het beleidsmakers en organisaties op het terrein aan betrouwbaar cijfermateriaal, wat het moeilijk maakte om concrete acties te ondernemen en verantwoordelijkheden vast te stellen. Kwalitatief en betrouwbaar cijfermateriaal is een belangrijke voorwaarde voor een doelgericht beleid inzake armoedebestrijding. 

Om de problematiek van dak- en thuisloosheid beter te begrijpen, voeren de Koning Boudewijnstichting en de onderzoeksteams LUCAS KU Leuven en UCLouvain Cirtes al sinds 2020 metingen uit naar het aantal dak- en thuislozen. Voor Vlaanderen werden de tellingen in 2022 mee ondersteund vanuit de Vlaamse overheid. De studie had als doel een wetenschappelijk onderbouwde extrapolatie te maken van het aantal dak- en thuislozen in heel Vlaanderen. Er werd geteld in de regio's Middenkust, arrondissement Brugge, Midwest, Boom-Mechelen-Lier, Waasland en de zorgregio Kempen. De tellingen verliepen volgens de Ethos-Light typologie, een Europese manier van tellen die in België verfijnd is. Deze typologie maakt een duidelijk onderscheid in de diverse groepen dak- en thuislozen. Die opsplitsing laat toe om een veel vollediger beeld te krijgen van deze groepen, maar ook meer oplossingen op maat aan te bieden voor de specifieke groepen. 

Extrapolatie

Op basis van deze tellingen, maar ook de tellingen uit 2021 en 2020, werd beslist om een extrapolatie voor heel Vlaanderen te maken. Deze extrapolatie is nu klaar. Dat betekent dat er voor het eerst een wetenschappelijk onderbouwde inschatting kan gemaakt worden van het aantal dak- en thuislozen in heel Vlaanderen, en in welke vorm van dak- en thuisloosheid ze zich bevinden. 

De extrapolatie toont aan dat 19.547 mensen in Vlaanderen dak- of thuisloos zijn. 41% onder hen is jonger dan 30, in meer dan een vierde van de gevallen (5.707) gaat het om minderjarige kinderen. Een derde is vrouw. Slechts een kleine minderheid (681) van deze mensen verblijft in de openbare ruimte. De overgrote meerderheid verblijft bij familie of vrienden (6.782), in opvang of tijdelijk verblijf (4.802) of in een woning waar hij of zij geconfronteerd wordt met een dreigende uithuiszetting (2.322). 

Dit beeld zal de komende jaren nog verder verfijnd worden met cijfers van nieuwe tellingen. Zo vindt er in het najaar van 2023 nog een telling plaats in Antwerpen. Op langere termijn zullen ook evoluties zichtbaar worden.

Maatregelen

Dit onderzoek is een belangrijke stap voorwaarts in het begrijpen van dak- en thuisloosheid in Vlaanderen en dient als basis voor gerichte maatregelen om deze complexe kwestie aan te pakken. 


De Vlaamse regering heeft in 2020 het actieplan ter voorkoming en bestrijding van dak- en thuisloosheid 2020-2024 goedgekeurd. De acties in dit plan zijn geformuleerd rond vier strategische doelstellingen:

  • Preventie van uithuiszetting
  • Vermijden van dak- en thuisloosheid bij jongvolwassene
  • Aanpak van chronische dak- en thuisloosheid
  • Geïntegreerd beleid m.b.t. dak- en thuisloosheid

Daarnaast werd, op initiatief van Vlaams minister Benjamin Dalle, de Interministeriële Conferentie (IMC) Maatschappelijke integratie, Grootstedenbeleid en Wonen na negen jaar heropgestart. Een van de prioritaire werven waar de IMC aan werkt, is de herziening van het samenwerkingsakkoord inzake dak- en thuisloosheid tussen de federale Staat en de Gemeenschappen en Gewesten van 12 mei 2014. Dit akkoord is gericht op betere afspraken tussen de beleidsniveaus en een permanente opvolging en dialoog.

Op basis van deze cijfers wil minister Dalle ook bijkomende stappen nemen in de strijd tegen dak- en thuisloosheid. Mensen in dak- en thuisloosheid verkeren immers in een extreme vorm van armoede. Dak- en thuisloosheid kost de samenleving ook handenvol geld én talent. Extreme armoede belemmert mensen om volwaardig deel uit te maken van- en bij te dragen aan de samenleving.

Huisvesting als eerste stap

Daarom investeert minister Dalle ook volgend jaar verder in begeleiding van dak- en thuislozen via Housing First. Deze aanpak omvat een innovatieve aanpak van het probleem en ziet huisvesting niet als het einddoel, maar als een eerste, noodzakelijke stap. Het hebben van een vaste woning en de daarmee gepaard gaande privacy, rust en veiligheid, motiveert bewoners om hun woning te behouden en om aan andere problemen te werken. Ze worden intensief begeleid in het behandelen van hun problemen inzake fysieke of mentale gezondheid of hun verslavingsproblematiek. Minister Dalle maakt hier in 2023 en 2024 zo’n 970.000 euro voor vrij.

Een ander belangrijk element is preventieve woonbegeleiding. Uit de cijfers blijkt immers dat een groot deel van de groep dak- en thuislozen mensen betreft die te maken krijgen met een acute situatie van dreigende uithuiszetting. Hierbij is het beter om te voorkomen dan genezen. Minister Dalle wil in de komende maanden samen met Vlaams minister van Welzijn Hilde Crevits en CAW Groep nieuwe projecten uitrollen die op effectieve wijze ervoor zorgen dat uithuiszettingen zoveel mogelijk vermeden kunnen worden. 

Tot slot zijn deze tellingen slechts een begin. Minister Dalle blijft ook de komende jaren verder investeren in tellingen, om de cijfers die we nu hebben verder te verfijnen. Er volgen nieuwe tellingen in de verschillende regio’s van Vlaanderen, in samenwerking met het Interfederaal Steunpunt tot Bestrijding van Armoede en de expertise van de huidige partners zoals het team van professor Hermans aan de KULeuven en de Koning Boudewijnstichting. 

Vlaams minister van Armoedebestrijding Benjamin Dalle: “Dankzij deze extrapolatie beschikken we voor het eerst over betrouwbare cijfers rond dak- en thuisloosheid, een schrijnend fenomeen van cruciale uitsluiting. Deze tellingen bieden ons alle nodige gegevens om zowel in heel Vlaanderen als op lokaal niveau een meer gericht beleid te voeren in de strijd tegen dak- en thuisloosheid.”

Koen Hermans, professor aan de Katholieke Universiteit Leuven: “Het is de eerste keer dat we een wetenschappelijke onderbouwde schatting kunnen maken van het aantal dak- en thuisloze volwassenen en kinderen in Vlaanderen. Dit laat toe om op Vlaams niveau een gesofisticeerd beleid te voeren om dak- en thuisloosheid aan te pakken en te voorkomen. Het actualiseren van deze schatting maakt het mogelijk om de problematiek ook in de toekomst te kunnen monitoren.”

Bart Claes, Algemeen Directeur CAW Groep: “De beste manier om dakloosheid aan te pakken, is dakloosheid voorkomen. Dat zou ons als maatschappij veel besparen. Zo kan preventieve woonbegeleiding vermijden dat mensen uit hun huis worden gezet. We zien nu ook dat de groep mensen die dak- en thuisloos wordt, jaarlijks groeit en zeer divers is. Het gaat ook om jongeren, ouders met jonge kinderen, mensen die erg verward zijn of psychische problemen hebben of met een verslavingsproblematiek kampen. Een divers publiek vraagt meer diversiteit in specifieke woonvormen op maat. Dat betekent dat we moeten investeren in meer diverse woonvormen voor dak- en thuislozen.”