welzijn & zorg

Opgebrande ouders

Column Marleen Finoulst

Tijdens het voorbije jaar kreeg ons mentaal welzijn een stevige knauw. Werkonzekerheid, thuiswerken, isolatie en afstandsonderwijs: niemand ontsnapte aan de impact van de coronamaatregelen. Thuiswerkende ouders met kinderen hadden het bijzonder zwaar te verduren. Ik bewonder alle collega’s en vrienden die thuiswerk moesten combineren met jengelende kleuters of opstandige pubers.

Tussen de vergaderingen door je kind helpen met huistaken. Ergernis voelen over hoe je zoon de godganse dag gamet. Ongerust zijn omdat je dochter de halve dag somber in bed blijft liggen. Het gaat niet in de koude kleren zitten. Een enkele keer wordt het te zwaar om dragen. Bij 8% van de Belgische ouders zou er sprake zijn van een parentale burn-out. Dat berekenden twee professoren psychologie van de UCLouvain op basis van een internationale enquête bij ouders met kinderen in huis.

Tijdens de lockdown werden meer dan 17.000 ouders uit 42 landen hierover bevraagd. In geval van een parentale burn-out raak je opgebrand door de situatie met je kinderen thuis. De chronische stress weegt zo zwaar door dat de elastiek lijkt te breken. Het besef ontstaat het niet meer aan te kunnen. Je sukkelt niet alleen in een depressieve gemoedstoestand, maar ontwikkelt ook negatieve gevoelens tegenover je kroost die je riskeert te verwaarlozen, zowel fysiek als emotioneel. Als ouder sta je met je rug tegen de muur. Je ziet geen plezier meer in je ouderrol en neemt afstand van je kinderen. Je luistert met een half oor naar hun besognes en schaamt je er tegelijk voor dat je het niet meer kan opbrengen.

Die negatieve houding ten aanzien van de kinderen is een belangrijk onderscheid met chronische stress. Ook stress kan je uitputten en bijwijlen boos maken op je kroost, maar je slaagt er in om af en toe te ontsnappen. Bijvoorbeeld door grootouders in te schakelen of een beurtrol af te organiseren met je partner. Niet iedereen heeft die mogelijkheden. Wanneer de draaglast groter wordt dan de draagkracht, kan je helemaal uit evenwicht geraken. Verschillende factoren verhogen het risico op een parentale burn-out: geen tijd meer hebben voor jezelf, een stresserende job, werkonzekerheid, een adolescent in huis die met zichzelf in de knoop ligt en zelf niet goed om kunnen met stress. Slaapstoornissen en conflicten met partner en kinderen loeren om de hoek. Hoe geraken de batterijen terug opgeladen?

De expert-psychologen uit Louvain-la-Neuve zijn bezig aan een boek over parenterale burn-out en hebben ook een aantal tips. De uitgeputte ouder heeft structuur nodig, zo vernemen we, genoeg quality time en adempauzes. Daarnaast zijn taakafspraken met de partner en afspraken met (oudere) kinderen van belang. Aanvaarden dat het soms te veel is, brengt je ook al een heel eind. Perfecte ouders bestaan niet.