kinderen & jongeren

'Mijn eigen ding doen: dat werkt'

Maaike (21) woonde twee jaar in begeleidingshuis Van Celst

Het boek ‘Thuis in de branding’ geeft een unieke inkijk in de wereld van meisjes met complexe problemen die in begeleidingshuis Van Celst wonen. Maaike (21) hoeft het boek niet te lezen: voor haar was Van Celst twee jaar lang haar veilige haven.

“Thuis liep het fout toen mijn ouders in een vechtscheiding terechtkwamen. Ik werd een speelbal tussen twee werelden, tot mijn papa voogdij kreeg over mij. Maar hij kon eigenlijk niet voor mij zorgen, waardoor hij me toen ik 12 jaar was op internaat stuurde in Brugge. En geloof het of niet: niemand wist dat ik daar was, zelfs mijn mama niet. Nadien ging het alleen maar bergaf. Of ik nu thuis of in een leefgroep woonde: ik liep altijd weg. Dat had ook veel te maken met de vele regels in de voorzieningen waar ik verbleef. Was je een uur te laat thuis, dan moest je twee uur op je kamer zitten. Dan hoeft het niet te verbazen dat ik liever niet meer terugkwam.”

Toen kwam je bij Van Celst terecht…

“Ik moet toen 17 jaar geweest zijn. Eindelijk kreeg ik verantwoordelijkheid: ik had mijn eigen studio en kreeg kamertraining. Nooit ben ik uit Van Celst weggelopen. Al moet ik toegeven: ik heb het ook echt niet gemakkelijk gehad. Hoewel ik vrijwillig in Van Celst verbleef, waren de meeste meisjes door de jeugdrechter geplaatst. We hadden allemaal onze eigen problemen en probeerden elk op onze manier uiting te geven aan onze emoties. Dat betekende dat er vaak conflicten waren, tussen meisjes onderling of met de begeleiding.”

'Ik gooide al wel eens met borden, bestek en eten.' (Maaike, 21)

Ging jij ook soms in conflict?

“Dat gebeurde wel ja. Ik gooide al wel eens met borden, bestek of eten. Het kon er dus best intens aan toe gaan. Nu ben ik gelukkig veel rustiger geworden: ik durf al eens kwetsende woorden gebruiken maar geweld heb ik echt afgezworen. Ik heb ook gezien wat het kapot kon maken. Toen ik 19 was, is een conflict zo geëscaleerd dat er een abrupt einde is gekomen aan mijn verblijf in Van Celst. Ik heb toen veel geluk gehad dat ik bij mijn zus terecht kon, geen idee waar ik anders naartoe moest. We zijn nu meer dan een jaar later… Als ik nu terugblik, begrijp ik de beslissing. Al voelde ik me op het moment zelf wel in de steek gelaten. Een goede raad voor jongeren die in een voorziening opgroeien: denk twee keer na voor je iets doet, zeker qua geweld.”

Wie waren voor jou belangrijke figuren?

“Op mijn mama en papa kon ik als jongere niet echt rekenen… Nu nog niet, al blijft mijn mama natuurlijk mijn mama. Maar ze heeft zelf haar problemen en die van mij kan ze er gewoon niet bij nemen. Hoe hard het ook klinkt: ik heb vooral geleerd dat je moet rekenen op jezelf. Maar gelukkig kon ik op moeilijke momenten ook terugvallen op mijn vrienden. Ik heb een hele snelle klik als ik weet dat iemand het goed voor heeft met mij. Een psycholoog hoefde voor mij niet bij Van Celst, maar met één begeleider had ik wel een hele sterke band. Zelfs nu weet ik dat dat iemand is die ik een berichtje kan sturen. Zij was degene die het gevoel gaf dat ik iets betekende, die oprecht naar me luisterde.”

Nu sta je op eigen benen?

“Ik werk al drie jaar op dezelfde job en ga deze maand alleen wonen. Mijn eigen ding doen: dat werkt bij mij. Ik wou geen ondersteuning van het OCMW na mijn vertrek uit Van Celst. Ik wou zelf alles in handen houden, zodat ik ook trots kon zijn op mezelf. Nu werk ik voltijds én volg ik één dag per week een opleiding. Zo wil ik mijn droom waarmaken: als zorgkundige aan de slag gaan bij ouderen met dementie.”

>> Een thuis in de branding. Geerdt Magiels, Antwerpen, Witsand Uitgevers, 2021.